Wauw, ik word niet aangevallen. Ze raken me niet aan. En ze bedelen ook niet.
Marokko is wauw. Ik kan niet anders zeggen. Aangekomen in Tangiers (wat helemaal niet zon rotstad is als me wel was verteld) hebben we al snel de markt gevonden. En wat gebeurd er als Timo en ik op de markt rondlopen? Dan kopen we teveel fruit, olijven en brood, krijg je een katje op de vismarkt in je handen geduwd en eindig je de avond in een sjiek frans-marokkaans restaurant. Want owja, ze spreken frans hier!
Gelijk de volgende dag kwamen we aan in Tetouan. Een grauwe stad, waar we door een busstationmedewerker in de medina werden rondgeleid. Het ging net zoals in Varanasi, links rechts omhoog, omlaag, trapje schuin, afstapje laag. Pff. En de stad is lelijk. Waarom waren we ook alweer naar Tetouan gegaan? Daar kwamen we de volgende dag achter, toen we in de lonely planet lazen dat de medina een World Herritage Site was...
Eeehhmm.. :S
De bus naar Chefchouen vertrok al vroeg en voordat we het wisten zaten we op 1000 meter, verstopt tussen de bergen in een klein blauw stadje, met overal bomen, moskeen en mooie mensen! Het is echt een uiterst lief stadje, en vooral de whitewashed en blauwgeschilderde huisjes waren prachtig! We hebben bij kaarslicht gegeten, want de stroom deed het uiteraard niet.
De bus vertrok om half 3 uit Chefchouen en bracht ons in 4 uur via Tetouan in het havenstadje Larache. Het is niet een lief petit stadje aan het water, maar eerder iets groots, ongezelligs als je het mij vraagt. Het ontbijtje gehaald door Timo wat we aan de kust opaten maakte veel goed, enook de overenthousiaste bestelautochauffeur die COOOOOOOOOL op zn frans riep was goud waard!
In de bus naar Asilah gebeurde er iets wat ik vind dat Marokko goed omschrijft. De busmannetjes proberen altijd geld uit je te krijgen door een toeslag voor je bagage in het ruim te vragen. Dat kan varieeren van 5 Dirham (5 cent) tot 5 euro de man. Omdat Timo en ik dat niet wilde betalen, werd ie een beetje vervelend, ging ie aan mn schouder zitten. Maar hij werd tot de orde geroepen door andere lokale marokken, die iets zeiden als: laat die touristen toch alleen joh. Maar het busmannetje was nu op zn pik getrapt en ging in discussie met de lokale marokkaan. Er ontstond een hele discussie met lichaamstaal die in Nederland bij de portier niet geaccepteerd zouden worden, en er leek maar geen eind aan tekomen. Hoe dit werd opgelost? Een rustige man stond op, haalde de twee ruziende mannen uit elkaar met een glimlach, gaf het busmannetje een kus op zn wang en duwde hem zachthandig de bus uit.
Asilah was het eerste stadje waar we voor het eerst 2 nachtjes geslapen hebben. Geloof me, dat was grotendeels te danken aan de warme douche die ze daar hadden. Takke wat is het koud hier. Ik heb alleen maar kleding voor de zon meegenomen, maar ik zit dit te typen met 8 laagjes over elkaar! In de medina van Asilah kan je zien dat dit een iets rijker stadje is dan wat we voorheen hebben gezien. Er worden luxere producten verkocht, zoals gedecoreerde kaarsen, parfum, kunst.. Ook de huizen zien er allemaal goed onderhouden uit, en geen plantje staat er suf hangend bij. We leven hier van de markt, we kopen er verse druiven, sinasappels, bananen, nootjes, olijven, maar ook verserdanverse avocado's en ga zo maar door. hmmm
Het volgende stadje was Meknes. Er hing dikke mist, of laag hangende wolken, hoe je het ook wilt noemen, en de reis duurde aardig lang. HEt landschap van Marokko lijkt een beetje op Frankrijk, met de heuvels, grote roofvogels en schapen op de hei. Je ziet af en toe een paard en wagen, of een vastgebonden ezel. Het lijkt alsof het een hele andere wereld is, daarbuiten de bus. Het leven van werken, carpe diem, en dingen aannemen zoals ze zijn. Het zijn mensen die weten wat ze zijn, en wat ze ook altijd zullen blijven. Bijzonder bijzonder. De weg voerde ons langs een lokale markt langs de weg. Er werden koeien, schapen, deuren, stoffen en andere dingen verhandeld. En weetje hoe ze de eieren vervoeren? In een kartonnen doos, laagje hooi, laagje eieren, laagje hooi... Het is zo leuk..
Omdat het in Meknes tijdloos regende, zijn we al snel weer doorgegaan naar Fes. De fransoos die we in Meknes zijn tegengekomen voorspelde: you WILL get lost in Fez. Zo, en dat hebben we ook gedaan. Zonder tourguide hebben we toch een heleboel gezien! De tanneries, een van de touristentrekkers van Fez, was ook wel erg mooi. Er word al eeuwen op deze manier leer gekleurd. Er lopen door de straatjes van Fez wel honderden muildieren die karren met dierenhuiden vervoerd. Bij de tanneries aangekomen, worden ze eerst op een natuurlijke manier gebleekt: In duivenschijt en koeienpis. Het stinkt er verschrikkelijk, naar rottend vlees, en dus naar schijt en pis. Vervolgens worden de huiden in gaten met indigo, of mint, of saffraan gegooit, waar ze zon 24 dagen in kunnen sudderen, om de kleur optenemen en aantenemen. Pff wat een beeld, mooi! maar jezus wat een stank haha
We hebben de hennasouk nog gezien (eigenlijk eenkleine rommelmarkt) en we hebben bij een klein stalletje gedroogde abrikozen, amandelen en rozijnen gekocht. Fes is eigenlijk heel erg leuk, ondanks dat het aantal touristen wat we om ons heen hebben met 10 is vermenigvuldigd. Het is wederom totaal niet zoals ik had verwacht. Ik blijf namelijk maar wachten op dat egyptische getrek een aandachtvragen. Maar mensen laten me met rust zodra ze doorhebben dat je niets wilt kopen. Mensen zijn aardig, oprecht, en bijna allemaal eerlijk. Zo zeggen ze, als ze weten dat dit je eerste keer in marokko is: Welcome my friend, met hun hand op hun hart
Geen opmerkingen:
Een reactie posten